Ga direct naar inhoud

Je belastingaangifte

Een levensverzekering heeft vaak invloed op de inkomstenbelasting die je betaalt. Op deze pagina lees je per verzekering hoe je je belastingaangifte invult.

Kapitaalverzekering box 3 

Kapitaalverzekering gesloten ná 15 september 1999

Tijdens de looptijd

Je geeft de waarde van je kapitaalverzekering bij je belastingaangifte op in box 3. Het bedrag is de ‘fiscale waarde’. Dit noemen we ook wel ‘Waarde Economisch Verkeer’. De waarde berekenen we volgens de regels van de Belastingdienst. We zetten ieder jaar een brief voor je klaar in je online omgeving. Daarin staat wat de fiscale waarde van je verzekering was op 1 januari van het jaar ervoor. We zetten de brief klaar tussen 1 februari en 1 april. We geven de waarde ook ieder jaar door aan de Belastingdienst. De waarde staat daarom ook in je vooraf ingevulde gegevens van je aangifte.

Bij de uitkering

Je betaalt geen inkomstenbelasting over de uitkering van een kapitaalverzekering in box 3.

Kapitaalverzekering gesloten op of ná 1 januari 1992 en vóór 15 september 1999

Tijdens de looptijd

Voor de kapitaalverzekering in box 3 geldt een vrijstelling. De vrijstelling is € 123.428,-. (2023) Je hoeft over dit bedrag geen belasting te betalen. Maar dan moet jouw kapitaalverzekering aan de volgende regels voldoen.

  • Je hebt de verzekering vóór 15 september 1999 gesloten.
  • Je hebt het verzekerd bedrag of de premie van de verzekering op of ná 15 september 1999 niet verhoogd.
  • Je hebt het verzekerd bedrag of de premie van de verzekering op of ná 15 september 1999 verhoogd, omdat dit volgens een recht op de polis mocht.
  • Je hebt op of ná 15 september 1999 niet gekozen voor een latere einddatum.

Hoe werkt dat bij je belastingaangifte?

  • Heb je meer kapitaalverzekeringen die aan de regels voldoen? Tel dan de fiscale waardes bij elkaar op.
  • Is de totale waarde van deze verzekeringen € 123.428,- of lager? Dan hoef je de verzekeringen niet op te geven.
  • Is de totale waarde van deze verzekeringen hoger dan € 123.428,-? Trek dan € 123.428,- af van de totale waarde. Het bedrag dat overblijft, geef je op.

Heb je een fiscale partner gehad? Dan is je vrijstelling hoger. De vrijstelling is voor jullie samen € 246.856,- (twee keer € 123.428,-). Je telt dan natuurlijk ook de verzekeringen van je partner mee om de totale waarde te berekenen.

Bij de uitkering

Je betaalt inkomstenbelasting in box 1 over de uitkering van je verzekering. Soms heb je recht op een vrijstelling bij de uitkering. De vrijstelling geldt alleen als je aan regels voldoet.

  • Je kijkt naar de hoogste premie die je hebt betaald in een jaar. En die vergelijk je met de laagste premie die je je in een jaar hebt betaald. De hoogste premie mag niet meer zijn dat tien keer de laagste premie.
  • Je hebt tot het jaar waarin de verzekering tot uitkering komt ieder jaar premie betaald.
  • Je bent tijdens de looptijd gestopt met premie betalen (premievrij maken). Maar je hebt in ieder geval vijftien jaar achter elkaar premie betaald tot dat moment.

Houd je je aan deze regels? Dan betaal je geen, of minder belasting over de uitkering.

Kapitaalverzekering gesloten vóór 1 januari 1992

Tijdens de looptijd

Voor de kapitaalverzekering box 3 geldt een vrijstelling. De vrijstelling is € 123.428,- (2023). De vrijstelling geldt alleen als je aan de regels voldoet.

  • Je hebt het verzekerd bedrag of de premie op of ná 15 september 1999 niet verhoogd.
  • Je hebt het verzekerd bedrag of de premie op of ná 15 september 1999 verhoogd. En dat was volgens een recht op de polis.
  • Je hebt op of ná 15 september 1999 niet gekozen voor een latere einddatum.

Bij je belastingaangifte werkt het op dezelfde manier zoals bij kapitaalverzekeringen die zijn gesloten tot 15 september 1999.

Bij de uitkering

Je betaalt belasting in box 1 over de uitkering uit de verzekering. Maar soms heb je recht op een vrijstelling. Je hoeft dan geen belasting te betalen. Deze vrijstelling geldt alleen als je aan de regels voldoet.

  • Je hebt op of na 1 januari 1992 niet gekozen voor een latere ingangsdatum.
  • Je hebt het verzekerd bedrag of de premie op of ná 1 januari 1992 niet verhoogd.
  • Je hebt het verzekerd bedrag of de premie op of ná 1 januari 1992 verhoogd. En dat is een recht op de polis.
  • Je hebt in ieder geval twaalf jaar achter elkaar premie betaald.
  • Je voldoet aan de bandbreedte-eis.
    • de hoogste premie is in een jaar niet hoger geweest dan vijftien keer de laagste premie. Dit geldt als de verzekering een looptijd heeft die minder dan dertig jaar is.
    • de hoogste premie is in een jaar niet hoger geweest dan twintig keer de laagste premie. Dit geldt als de verzekering een looptijd heeft die meer dan dertig jaar is.

Je vindt meer informatie over vrijstellingen voor je verzekering in box 3 op de website van de Belastingdienst.

Kapitaalverzekering Eigen Woning (KEW) 

Tijdens de looptijd

Je betaalt tijdens de looptijd van je verzekering geen belasting in box 3 over de waarde van je KEW. Je hoeft daarom de waarde tijdens de looptijd niet in te vullen in je belastingaangifte.

Bij de uitkering

De Belastingdienst ziet het verschil tussen de uitkering en de betaalde premie als inkomen in box 1. Dit verschil heet het 'rentebestanddeel'. Je hebt recht op een vrijstelling als jouw KEW voldoet aan regels:

  • Je hebt ieder jaar premie betaald.
  • De hoogste premie is in een jaar niet hoger dan tien keer de laagste jaarpremie.
  • Je gebruikt de uitkering voor de aflossing van je eigenwoningschuld.
  • Je lost de schuld af binnen 30 jaar na het jaar waarin je de verzekering hebt gesloten. Let op: Is jouw KEW een voortzetting van een verzekering die je voor 2001 hebt gesloten? Dan geldt de oorspronkelijke ingangsdatum van de verzekering die je hebt voortgezet.
  • Je hebt de KEW niet eerder gedeeltelijk afgekocht.

Houd je je aan deze regels? Dan betaal je geen, of minder belasting over de uitkering.

De Belastingdienst bepaalt ieder jaar hoe hoog de vrijstelling is. Je kunt de volgende situaties tegenkomen:

  • Is de uitkering lager of gelijk aan de KEW-vrijstelling? En is de uitkering niet hoger dan je eigenwoningschuld? Dan betaal je geen belasting over het rentebestanddeel.
  • Is de uitkering hoger dan de KEW-vrijstelling? Of is de uitkering hoger dan je eigenwoningschuld? Dan betaal je belasting over een deel van het rentebestanddeel.

Heb je een fiscale partner? Dan mag je ook de KEW-vrijstelling van je fiscale partner gebruiken. Je partner mag deze vrijstelling nog niet hebben gebruikt. Ook in de toekomst mag je fiscale partner de vrijstelling niet meer gebruiken. Je geeft dit op in je belastingaangifte.

Je leest alles over de KEW-vrijstelling op de website van de Belastingdienst.

Lijfrenteverzekering

Voor lijfrenteverzekeringen gelden verschillende regels. De regels hangen af van de datum waarop je de verzekering hebt afgesloten. En of je de verzekering daarna nog hebt veranderd.

Uitvaartverzekering

Tijdens de looptijd

Is de waarde van de uitvaartverzekering lager dan € 7.913,- (2023)? Dan geef je de waarde niet op bij je belastingaangifte. Is de waarde hoger? Dan geef je de waarde wel op. We zetten dan ook ieder jaar een brief voor je klaar in je online omgeving. Daarin staat wat de fiscale waarde van je verzekering was op 1 januari van het jaar ervoor. We zetten de brief klaar tussen 1 februari en 1 april. We geven de waarde ook ieder jaar door aan de Belastingdienst. De waarde staat daarom ook in je vooraf ingevulde gegevens van je aangifte.

Bij de uitkering

De Belastingdienst kan over de uitkering uit een uitvaartverzekering twee soorten belastingen heffen. Ze kunnen inkomstenbelasting en erfbelasting heffen.

Inkomstenbelasting

Is je uitvaartverzekering gesloten ná 14 september 1999? Dan betaalt de begunstigde geen inkomstenbelasting over de uitkering.

Is je uitvaartverzekering gesloten vóór 15 september 1999? Dan betaalt de begunstigde over de uitkering geen inkomstenbelasting. Daarvoor gelden wel regels.

  • de verzekerde overlijdt vóór de 72-jarige leeftijd.
  • de verzekerde overlijdt op of na de 72-jarige leeftijd. En het verzekerd bedrag is niet meer dan € 7.913,- (2023). Deze vrijstelling geldt voor alle uitkeringen uit uitvaartverzekeringen samen.
  • de verzekerde overlijdt op of na de 72-jarige leeftijd. En de hoogste jaarpremie tijdens de looptijd was niet hoger dan tien keer de laagste jaarpremie. En je hebt minstens vijftien jaar achter elkaar premie betaald, zonder een termijn over te slaan. Heb je de verzekering gesloten vóór 1 januari 1992? Dan moet je minstens twaalf jaar achter elkaar premie hebben betaald.

Heb je een uitvaartverzekering met een lijfrenteclausule? Dan moet de begunstigde met de uitkering een nabestaandenlijfrente kopen. De begunstigde ontvangt de uitkering dan niet in een keer, maar periodiek. Bijvoorbeeld per maand. Over deze uitkeringen betaalt de begunstigde dan inkomstenbelasting.

Erfbelasting

Erfbelasting is de belasting die iemand betaalt over de erfenis. De Belastingdienst telt de uitkering mee voor de hoogte van de erfbelasting. De relatie tot de persoon die is overleden bepaalt hoeveel erfbelasting je moet betalen. Heb je een uitvaartverzekering met een lijfrenteclausule? En is je verzekering een nieuw regime lijfrente? Dan betalen je nabestaanden geen erfbelasting.

Erfbelasting voorkomen

Was de verzekerde niet in gemeenschap van goederen getrouwd met degene die de uitkering krijgt? Dan kun je voorkomen dat je partner erfbelasting moet betalen over de uitkering. Bij een uitvaartverzekering op twee levens kun je dit regelen door premiesplitsing aan te vragen.

Meer informatie over erfbelasting lees je op de website van de Belastingdienst.

Overlijdensrisicoverzekering

Tijdens de looptijd

Is de waarde van de overlijdensrisicoverzekering lager dan € 7.913,- (2023)? Dan geef je de waarde niet op bij je belastingaangifte. Is de waarde hoger? Dan geef je de waarde wel op. We zetten dan ook ieder jaar een brief voor je klaar in je online omgeving. Daarin staat wat de fiscale waarde van je verzekering was op 1 januari van het jaar ervoor. We zetten de brief klaar tussen 1 februari en 1 april. We geven de waarde ook ieder jaar door aan de Belastingdienst. De waarde staat daarom ook in je vooraf ingevulde gegevens van je aangifte.

Bij de uitkering

De Belastingdienst kan over de uitkering uit een overlijdensrisicoverzekering twee soorten belastingen heffen. Ze kunnen inkomstenbelasting en erfbelasting heffen.

Inkomstenbelasting

Is je overlijdensrisicoverzekering gesloten ná 14 september 1999? Dan betaalt de begunstigde geen inkomstenbelasting over de uitkering.

Is je overlijdensrisicoverzekering gesloten vóór 15 september 1999? Dan betaalt de begunstigde over de uitkering geen inkomstenbelasting. Daarvoor gelden wel regels.

  • de verzekerde overlijdt vóór de 72-jarige leeftijd.
  • de verzekerde overlijdt op of na de 72-jarige leeftijd. En het verzekerd bedrag is niet meer dan € 7.913,- (2023). Deze vrijstelling geldt voor alle uitkeringen uit overlijdensrisicoverzekeringen samen.
  • de verzekerde overlijdt op of na de 72-jarige leeftijd. En de hoogste jaarpremie tijdens de looptijd was niet hoger dan tien keer de laagste jaarpremie. En je hebt minstens vijftien jaar achter elkaar premie betaald, zonder een termijn over te slaan. Heb je de verzekering gesloten vóór 1 januari 1992? Dan moet je minstens twaalf jaar achter elkaar premie hebben betaald.

Heb je een overlijdensrisicoverzekering met een lijfrenteclausule? Dan moet de begunstigde met de uitkering een nabestaandenlijfrente kopen. De begunstigde ontvangt de uitkering dan niet in een keer, maar periodiek. Bijvoorbeeld per maand. Over deze uitkeringen betaalt de begunstigde dan inkomstenbelasting.

Erfbelasting

Erfbelasting is de belasting die iemand betaalt over de erfenis. De Belastingdienst telt de uitkering mee voor de hoogte van de erfbelasting. De relatie tot de persoon die is overleden bepaalt hoeveel erfbelasting je moet betalen.

Heb je een overlijdensrisicoverzekering met een lijfrenteclausule? En is je verzekering een nieuw regime lijfrente? Dan betalen je nabestaanden geen erfbelasting.

Erfbelasting voorkomen

Was de verzekerde niet in gemeenschap van goederen getrouwd met degene die de uitkering krijgt? Dan kun je voorkomen dat je partner erfbelasting moet betalen over de uitkering. Bij een overlijdensrisicoverzekering op twee levens kun je dit regelen door premiesplitsing aan te vragen.

Meer informatie over erfbelasting lees je op de website van de Belastingdienst.

Saldo premiedepot

Heb je een bedrag in een premiedepot gestort waaruit je (een deel van) de premie betaalt? Dan is het saldo van je premiedepot vermogen in box 3. Het saldo geven we ieder jaar door aan de Belastingdienst. Dit zijn we wettelijk verplicht.

Vermogen en vrijstellingen

Vermogen

Je vermogen in box 3 is de waarde van je bezittingen min je schulden. Je geeft de fiscale waarde van je levensverzekering(en) en/of saldo van je premiedepot(s) op. Of je belasting betaalt over je vermogen hangt af van de hoogte van het vermogen. Een deel van je vermogen is belastingvrij. Daarover betaal je dus geen belasting.

Bezittingsvrijstelling

In sommige gevallen heb je in box 3 recht op een bezittingsvrijstelling voor je levensverzekering. Een bezittingsvrijstelling is extra belastingvrij vermogen. Heb je een levensverzekering die je vóór 15 september 1999 hebt afgesloten? Dan geef je alleen de fiscale waarde boven € 123.428,- (2023) op als vermogen. Heb je een fiscale partner? Dan mag je de bezittingsvrijstelling verdubbelen tot € 246.856,-. Je partner kan de bezittingsvrijstelling dan niet meer zelf gebruiken.

Vrijstelling bij overlijdensverzekeringen

Er is ook een vrijstelling voor levensverzekeringen die alleen uitkeren bij overlijden. Dat is het geval bij een uitvaartverzekering of een overlijdensrisicoverzekering. In 2023 is de vrijstelling voor deze verzekeringen maximaal € 7.913,- per persoon. Heb je meer overlijdensverzekeringen met dezelfde verzekerde(n)? Dan moet je de fiscale waarden bij elkaar optellen. Is de waarde hoger dan € 7.913,-? Dan moet je de volledige fiscale waarde opgeven. Je leest meer over de belastingaangifte en levensverzekeringen en vrijstellingen op de website van de Belastingdienst.

Service en Contact

We kunnen je op verschillende manieren helpen.

Chatten

Start de chat

Chat met Sanne, onze digitale assistent.

Bellen

088 663 00 00

Bereikbaar maandag t/m vrijdag van 8.00 tot 17.30 uur. Houd rekening met een wachttijd.