Ga direct naar inhoud

Stap 5. Met pensioen

Je pensioen is aangevraagd. Ben je al aan het aftellen? Maar wanneer staat dat geld nu eigenlijk op je rekening? En wat mag je straks zeker niet vergeten?

Wanneer staat mijn pensioen op mijn rekening?

AOW-uitkering

Je eerste AOW-uitkering ontvang je op de eerstvolgende uitbetaaldatum na het bereiken van je AOW-leeftijd.

Bekijk hier de uitbetaaldata van de AOW

Pensioen via werkgever

Wanneer je je eerste pensioenuitkering krijgt, lees je in de bevestigingsbrief die je krijgt van je pensioenuitvoerder. Heb je een pensioen bij Nationale-Nederlanden? Check dan hier wanneer jouw pensioen op je rekening staat.

Nationale-Nederlanden pensioen uitbetalen en betaaldata

Lijfrente
Wanneer je lijfrente-uitkering op je rekening staat, lees je in de voorwaarden van je uitkeringsproduct. Bij een Aanvullend PensioenUitkering bij Nationale-Nederlanden vind je jouw uitbetaaldatum op mijn.nn.

Tips nu je met pensioen bent

Je hebt je pensioen geregeld, maar je bent er nog niet helemaal. Vergeet ook niet het volgende:

1. Geef je gewijzigde inkomen door op mijn.toeslagen.nl

Nu je met pensioen gaat, verandert je inkomen. Dat kan gevolgen hebben voor bijvoorbeeld je zorgtoeslag of huurtoeslag. Geef dit dus door aan de Belastingdienst.

Elke instantie waarvan je een uitkering ontvangt, houdt belasting in. Dat heet loonheffing.

2. Let op de loonheffingskorting

Elke instantie waarvan je een uitkering krijgt, houdt belasting in. Dat heet loonheffing. Maar je hebt soms recht op loonheffingskorting. Daardoor wordt er minder loonheffing ingehouden en krijg je een hogere uitkering.

Krijg je AOW en ook nog andere pensioenuitkeringen? Als de pensioenfondsen of -verzekeraars allemaal loonheffingskorting zouden toepassen, betaal je misschien onbedoeld te weinig belasting. Dan kun je bij je belastingaangifte voor een negatieve verrassing komen te staan. Je moet dan mogelijk geld terugbetalen.

Zorg er daarom voor dat maar één uitkeringsinstantie loonheffingskorting toepast. Dat kun je het beste laten doen door de instantie die de hoogste uitkering uitbetaalt. Laat over je andere uitkeringen geen loonheffingskorting toepassen.

3. Vraag een voorlopige aanslag aan

Krijg jij verschillende pensioenuitkeringen, bijvoorbeeld omdat je via je werk meerdere pensioenen hebt opgebouwd? Of heb je een of meerdere lijfrenteproducten? Dan is het slim om alvast een voorlopige aanslag aan te vragen bij de Belastingdienst op het moment dat je met pensioen gaat. Anders moet je mogelijk bijbetalen na je belastingaangifte.

Dat zit zo: Over de verschillende uitkeringen houden de uitkerende instanties automatisch belasting in. Dat doen de instantie alleen over het bedrag dat ze ieder aan jou uitkeren. Ze houden geen rekening met het totaal dat jij krijgt. Daardoor kan het zijn dat je meer belasting zou moeten betalen dan je dan waar de pensioenuitvoerder vanuit gaat. Na je aangifte inkomstenbelasting verrekent de Belastingdienst dit verschil. Heb je te weinig betaald? Dan moet je bijbetalen. Als je daar niet op gerekend hebt, kan dat erg vervelend zijn.

Met een voorlopige aanslag voorkom je verrassingen achteraf. Een voorlopige aanslag is een schatting van de inkomstenbelasting die je moet betalen. Houden je pensioenuitvoerders te weinig belasting in, dan betaal je dat met een voorlopige aanslag maandelijks aan de Belastingdienst.

Voorlopige aanslag aanvragen