Fiscale en juridische regels - Banksparen OntslagVergoeding
Heb je Banksparen OntslagVergoeding bij Nationale-Nederlanden Bank? Of overweeg je deze aan te vragen? Dan is het belangrijk dat je de fiscale en juridische regels kent. In dit document lees je meer over de belangrijkste regels. We hebben de belangrijkste regels voor je op een rij gezet. Heb je een vraag over je persoonlijke situatie? Neem dan contact op met een adviseur.
Een gouden handdruk, ook wel ontslagvergoeding genoemd, is een financiële compensatie die je van je (voormalige) werkgever krijgt bij het beëindigen van je dienstverband. Deze vergoeding is bedoeld als compensatie voor het loon dat je misloopt door ontslag.
Tot en met 2013 kon een ontslagvergoeding worden ondergebracht in een zogenoemd stamrecht bij een bank, verzekeraar of een speciale stamrechtBV. Dit stamrecht gaf recht op periodieke uitkeringen. Door deze constructie werd directe belastingheffing over de ontslagvergoeding uitgesteld. Niet de volledige ontslagvergoeding werd belast, maar alleen de uitkeringen die je later uit het stamrecht ontving.
Sinds 2014 is de regeling afgeschaft en kan een ontslagvergoeding niet meer in een stamrecht worden gestort. Wel kun je nog steeds een bestaand stamrecht overhevelen naar een andere toegestane uitvoerder. Je kunt een bestaand stamrecht bij een andere uitvoerder dus nog steeds onderbrengen bij Nationale-Nederlanden Bank in het product Banksparen OntslagVergoeding.
De opbouw- en de uitkeringsfase
Banksparen OntslagVergoeding is een aanvulling op je inkomen in de vorm van een periodieke uitkering en kent twee fases: de opbouwfase en de uitkeringsfase.
De opbouwfase
De rekening keert nog niet uit. Over het saldo ontvang je rente. In deze fase heb je bij Banksparen OntslagVergoeding de keuze uit een variabele renterekening en/of een deposito (vaste rente).
De uitkeringsfase
Na de opbouwfase begint de uitkeringsfase. Je kunt het opgebouwde saldo op elk moment omzetten in een reeks periodieke uitkeringen, of het nu op de variabele renterekening of in deposito’s staat. Volgens de fiscale regels moet deze omzetting uiterlijk plaatsvinden op 31 december van het jaar nádat je de AOW-leeftijd (Algemene OuderdomsWet) hebt bereikt. Op de bruto uitkeringen die je van ons ontvangt, houden wij wettelijke inhoudingen– zoals loonbelasting en premies in en dragen deze af aan de Belastingdienst. Je ontvangt dus een netto-uitkering. De uitkeringen moeten minimaal een wettelijk vastgestelde periode duren. Hoe lang deze periode is, hangt af van je leeftijd op het moment dat de uitkeringen starten.
Je mag tegelijkertijd vermogen opbouwen en uitkeringen ontvangen. Je kunt het saldo omzetten naar een uitkeringsreeks, en in sommige gevallen weer terug. Houd er rekening mee dat wij hiervoor opnamekosten in rekening kunnen brengen (zie de productvoorwaarden voor meer informatie).
Na het jaar waarin je de AOW-leeftijd hebt bereikt, is het niet meer mogelijk om een uitkering om te zetten in een
variabele renterekening of een deposito. Dit geldt ook voor uitkeringen die na jouw overlijden aan nabestaanden worden uitgekeerd.
Inleg vanuit andere stamrechtrekening of -verzekering (waardeoverdracht)
Heb je een stamrecht bij een andere bank, een verzekeraar of een stamrecht BV? Dan kun je het kapitaal direct laten overzetten naar Banksparen OntslagVergoeding. Je kunt dan kiezen voor de variabele renterekening en/of een deposito (opbouwen). Maar je kunt daarnaast ook kiezen voor een uitkering.
Geen vermogensrendementsheffing (box 3)
Het saldo van je Banksparen OntslagVergoeding valt voor de inkomstenbelasting in box 1. Dit betekent dat je geen vermogensrendementsheffing betaalt in box 3.
Opnemen van je Banksparen OntslagVergoeding
Je kunt (een deel van) het saldo van je Banksparen OntslagVergoeding in één keer opnemen. Maak je gebruik van deze mogelijkheid? Dan trekken wij de eventuele opnamekosten en wettelijk verplichte inhoudingen af van je saldo. Als je een deel van het saldo opneemt, geldt een minimum opnamebedrag van € 5.000,00.
Verboden handelingen
De wet bepaalt wat wel en wat niet mag met je Banksparen OntslagVergoeding. Zo mag je het saldo niet schenken, verkopen of verpanden. Als je dit toch doet, dan rekent de Belastingdienst het saldo tot je inkomen en betaal je over het volledige saldo in één keer loonheffing.
Regeling voor vervroegde uittreding
Bij het toekennen van een ontslagvergoeding kan sprake zijn van een regeling voor vervroegde uittreding (RVU). Dit is het geval als de vergoeding feitelijk bedoeld is als een overbrugging tot de AOW-leeftijd, vergelijkbaar met een VUT- (Vervroegde Uittreding) of prepensioenregeling. De Belastingdienst beoordeelt of een ontslagregeling als RVU wordt aangemerkt. Als dat zo is, zijn wij verplicht een extra heffing van 52% over het bedrag af te dragen. Deze zogenoemde RVU-heffing komt boven op de reguliere inhoudingen op de uitkeringen. Als wij deze heffing moeten betalen, verrekenen wij dit met jouw toekomstige uitkeringen.
Hieronder geven we in hoofdlijnen weer wat er met je Banksparen OntslagVergoeding gebeurt na je overlijden. Iedere situatie is persoonlijk en kan verschillen. Daarom adviseren wij je nabestaanden om in dat geval altijd contact op te nemen met een financieel adviseur of notaris.
Bij het aanvaarden van de erfenis
Dan moeten de verkrijgers het saldo voor 31 december van het tweede jaar na overlijden gebruiken voor een nabestaandenuitkering. De minimale duur van deze uitkering hangt mede af van de leeftijd van de verkrijger(s).
Was er al sprake van een lopende uitkering? Dan zetten wij de resterende uitkeringen voort ten gunste van de toegestane verkrijger(s).
Toegestane verkrijgers
Wanneer je overlijdt, mogen de uitkeringen volgens de fiscale regels alléén toekomen aan:
- je (ex-)echtgenoot,
- je (ex-)partner; of
- kinderen jonger dan 30 jaar
Dit worden ook wel de toegestane verkrijgers genoemd. Als je bij aanvraag niets anders hebt aangegeven, gaan wij ervan uit dat alle genoemde personen het saldo mogen ontvangen. Dit leggen wij vast in de overeenkomst. Of iemand het saldo ontvangt na jouw overlijden, hangt af jouw testament of het wettelijk erfrecht. Zie ook het kopje ‘Wie ontvangt het saldo van Banksparen OntslagVergoeding bij aanvaarding van de erfenis?’
Wat nu als:
- er bij je overlijden geen (ex-)echtgenoot of geen (ex-)partner is of de kinderen op het moment van je overlijden al ouder zijn dan 30 jaar, of
- de verkrijgende (ex-)echtgenoot, (ex-)partner of kinderen jonger dan 30 niet zijn opgenomen als mogelijk gerechtigden voor periodieke uitkeringen in de overeenkomst met ons, of
- als je in je testament het saldo aan iemand buiten de genoemde kring laat toekomen?
In deze gevallen houden wij op het totale saldo loonheffing in en keren we het resterende bedrag in één keer uit aan de verkrijger.
Wie ontvangt het saldo van Banksparen OntslagVergoeding bij aanvaarding van de erfenis?
1. Geen testament
-
Zonder testament bepaalt de wet wat er gebeurt met je Banksparen OntslagVergoeding.
- Als je getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap hebt, dan zijn je echtgenoot/ partner en je eventuele kinderen de erfgenamen.
-
De echtgenoot/partner en eventuele kinderen erven al je bezittingen en schulden.
- Ben je niet (meer) getrouwd of geregistreerd partner? Dan erven je kinderen. Heb je geen kinderen? Dan erven je ouders, broers en zussen;
- Woon je samen zonder huwelijk of geregistreerd partnerschap, dan is je partner geen erfgenaam volgens het successierecht. Wil je dat je Banksparen OntslagVergoeding bij je overlijden naar je partner gaat? Leg dit dan vast in een testament.
2. Testament
Met een testament bepaal je zelf wat er met Banksparen OntslagVergoeding gebeurt. Als je in je testament een niet-natuurlijk persoon (bijvoorbeeld een goede doelenstichting) aanwijst als rechthebbende voor je Banksparen OntslagVergoeding, dan ziet de Belastingdienst dit als een verboden handeling. De rekening wordt dan afgekocht en er is loonheffing en revisierente verschuldigd.
Erfbelasting
Woon je in Nederland en overlijd je? Dan moet de erfgenaam erfbelasting betalen over de erfenis. Het saldo van de Banksparen OntslagVergoeding is hiervan vrijgesteld. De erfgenaam betaalt dus geen erfbelasting over het te ontvangen saldo.
Echtgenoten en partners hebben een algemene vrijstelling van maximaal € 804.698,- (2025). Zij betalen geen erfbelasting als de erfenis onder deze vrijstelling blijft. Deze algemene vrijstelling wordt bij vererving verminderd met een bepaald bedrag via ‘lijfrente-imputatie’. De helft van het verkregen lijfrentesaldo wordt, na een correctie van 30% vanwege in de toekomst verschuldigde loonheffing, van de partnervrijstelling afgetrokken. De partnervrijstelling wordt dus lager, maar nooit minder dan € 207.886,- (2025).
Moet de Banksparen OntslagVergoeding worden verdeeld? Dan kan dat zonder tussentijdse belastingheffing. De verdeling kan dus plaatsvinden zonder dat de Belastingdienst het als een belastbare uitkering ziet.
In de opbouwfase hoef je geen nieuwe rekening te openen; je ex-partner opent een eigen gouden handdruk rekening, bij Nationale-Nederlanden of een andere aanbieder.
In dit document staan de de belangrijkste fiscale en juridische regels van je Banksparen OntslagVergoeding. Naast overlijden en echtscheiding kunnen ook andere situaties invloed hebben op je Banksparen OntslagVergoeding. Zoals bij emigratie of bij een faillissement. Heb je daarover vragen? Neem dan contact op met een adviseur.
Alle informatie is ook terug te lezen in de pdf.