Wanneer dacht jij voor het eerst na over je pensioen? Toen je als twintiger je eerste contract ondertekende? Of pas op je vijftigste, toen je erachter kwam dat je een pensioengat had? In deze driedelige serie vragen we verschillende generaties hoe ze tegen pensioenopbouw aankijken. Een twintiger, veertiger en (bijna) zestiger blikken terug en vooruit. Wanneer begon hun pensioenklok te tikken? In dit artikel: digitaal ontwerper Bas Boerman (42).
In het begin van zijn carrière was Bas niet zo veel bezig met zijn pensioen. “Bij mijn eerste werkgever bouwde je pas pensioen op vanaf je 25e. In de jaren erna werkte ik bij andere reclamebureaus. Daar verdiende ik nog niet veel en bouwde ik dus ook niet zoveel op. De pensioenpotjes die ik daar heb staan, zijn dus niet echt noemenswaardig.”
Op zijn 32e begon de digitaal ontwerper voor zichzelf. Een keuze waar hij nog steeds blij mee is. Het nadeel: als zzp’er bouw je geen pensioen op bij een werkgever. Daar was Bas zich niet meteen bewust van. “In het begin wilde ik vooral genoeg inkomen hebben. Pensioen leek nog heel ver weg.”
In het eerste jaar maakte Bas meteen een goede omzet en dat is nooit veranderd. Hij hield geld over. “Na een paar jaar begon ik me af te vragen: wat kan ik doen met mijn winst? Moet ik niet wat opzijzetten?”
Wil je later comfortabel (blijven) leven? Begin met Aanvullende PensioenOpbouw. Spaar en/of voor extra pensioen met mogelijk belastingvoordeel.
Bas begon met het opbouwen van een buffer, voor het geval hij ziek zou worden of de zaken minder goed zouden gaan. Elke maand zette hij geld opzij op een huishoudspaarrekening en een zakelijke spaarrekening. In 2017 kocht hij met zijn vriendin een nieuw huis en sloot hij een nieuwe hypotheek af. Hij maakte een afspraak met een financieel adviseur. Vanaf dat moment ging hij echt over zijn financiële toekomst nadenken.
De financieel adviseur rekende uit hoeveel pensioen Bas naast zijn AOW nodig zou hebben. Bas had niet verwacht dat het bedrag zo hoog zou zijn. “De financieel adviseur vond mijn jaarcijfers mooi, maar hij vond het wel dom dat ik niets met dat spaargeld gedaan had”, lacht de ondernemer. Want het geld op de bank leverde weinig op. En boven een bepaald bedrag moest Bas ook belasting over het rendement op zijn vermogen betalen. Dus werd het tijd voor twee grote stappen: aanvullend pensioensparen en beleggen.
Bas vond het belangrijk zijn vermogen te spreiden. “Ik heb er bewust voor gekozen mijn vermogen op meerdere manieren op te bouwen: door te sparen, te beleggen en iets aanvullends te doen voor mijn pensioen. Een deel staat voor langere tijd vast. Bij de rest van mijn geld kan ik wel, als dat nodig is.”
De ondernemer opende een pensioenrekening op basis van beleggen. Met terugwerkende kracht kon hij een deel van zijn winst van de afgelopen jaren naar deze rekening overmaken. Nu zet hij maandelijks een bedrag apart. Aan het einde van het jaar doet hij een extra storting, afhankelijk van zijn winst.
De rekening is geblokkeerd. Pas als Bas met pensioen gaat, kan hij het geld opnemen. “Dat voelde in het begin wel gek. De eerste storting was best groot. Voor je gevoel is dat geld ineens weg. Je ziet het bedrag wel staan als je online inlogt, maar je kunt er niet bij.”
Het geeft rust dat ik mijn pensioen geregeld heb.
De mogelijke fiscale voordelen van die pensioenrekening waren niet doorslaggevend voor Bas. “Ik betaal alsnog belasting als ik de lijfrente straks laat uitkeren. Dus of ik er fiscaal op vooruit ga, is nog maar de vraag.”
Daarnaast besloot Bas op aanraden van zijn adviseur te beginnen met beleggen. “Het rendement bij beleggen is meestal hoger dan bij sparen. Maar ik ken de risico’s ook.” Daarom laat hij zijn maandelijkse inleg gespreid beleggen met een looptijd van vijftien jaar. “Ik heb bewust voor een lange looptijd gekozen, zodat ik meer tijd heb om eventuele verliezen goed te maken. En ik beleg alleen geld dat ik kan missen.”
Wil je net als Bas vermogen opbouwen door te beleggen? Met Beheerd Beleggen beslis jij waarvoor wij jouw geld beleggen.
De waarde van je beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
Inmiddels heeft de ondernemer zijn financiële zaken goed op een rij. Eens per jaar heeft hij een onderhoudsgesprek met zijn financieel adviseur. “Het geeft rust dat ik iets geregeld heb”, merkt hij. “Maar ik ben pas halverwege mijn werkende leven. Het duurt nog wel even voordat ik met pensioen ga. Op mijn zestigste ben ik waarschijnlijk meer met het onderwerp bezig dan nu .”
Hoe hij verwacht dat zijn leven er dan uitziet? “Laat ik eerst maar gezond oud worden”, blikt Bas vooruit. “Zodat ik van mijn pensioen kan genieten.” Hij kan zich voorstellen dat hij kleiner gaat wonen, als zijn kinderen het huis uit zijn. “Mijn vrouw en ik dromen weleens van een simpel leven. Een tiny house bijvoorbeeld, met een tuin waarin we onze eigen groente verbouwen.”
Je pensioen is geen goudpotje dat voor je klaar staat.
Dat de AOW-leeftijd steeds verder omhoog gaat, vindt de digitale ontwerper niet zo’n probleem. “Ik houd van werken.” Hij verwacht zeker zeventig te zijn als hij met pensioen gaat. Al zou het ook eerder kunnen, als zijn zaak goed blijft draaien. “Ik denk wel dat het financiële stelsel de komende twintig jaar gaat veranderen. Daar heb ik het met vrienden weleens over. Moeten we niet samen wat regelen voor de toekomst? Een gezamenlijke pot opbouwen?”
Bas deelt zijn studio met zeven andere zzp’ers. Onderling hebben ze het regelmatig over hun financiële toekomst en pensioen. In gesprekken met vrienden die in loondienst werken, komt het onderwerp zelden aan bod. Toen hij vijfentwintig was niet, en nu nog steeds niet.
Toch adviseert hij huidige twintigers meer aandacht te schenken aan hun financiële toekomst dan hij zelf deed. Om een pensioengat te voorkomen. “Vroeger was een goed pensioen vanzelfsprekend. Nu niet meer. Je pensioen is geen goudpotje dat straks voor je klaar staat. Dus vraag aan je werkgever of je pensioen opbouwt. Zo niet, zet dan zelf wat opzij.”
Toen Bas in de twintig was, dacht hij nog weinig na over zijn pensioen. Arleen Lahnstein is nu 26. Hoe is dat voor haar? Arleen: “Ik moest wel over mijn pensioen nadenken, omdat het bedrijf waar ik solliciteerde geen collectieve pensioenregeling had. Maar ik ben niet representatief voor mijn generatie, denk ik. Voor veel vrienden is pensioen een ver-van-mijn-bedshow.” Lees hoe Arleen nu pensioen opbouwt.
Met bevriende zzp’ers heeft Bas het regelmatig over pensioen. Vrienden die in loondienst werken, zijn er veel minder mee bezig, merkt hij. Hoe is dat bij de 57-jarige Sylvia Heemskerk? “Ik merk dat vrienden die ondernemen er meer mee bezig zijn. Zij moeten het immers zelf regelen.” Ontdek hoe Sylvia pensioen opbouwt.
“Iets ongrijpbaars, dat heel ver weg is, waar ik moeilijk een voorstelling bij kan maken.”
Bas was vroeger weinig bezig met zijn pensioen, maar heeft zijn financiële toekomst nu goed geregeld. Hij spaart, belegt en is begonnen met aanvullend pensioenbeleggen. Ben je benieuwd hoe twintiger Arleen tegen haar pensioen aankijkt ? Of wat de 57-jarige Sylvia jongere generaties meegeeft over pensioen ? Lees dan de andere verhalen over pensioenopbouw in de driedelige serie.